maandag 9 mei 2016

De Wolkendraak deel 2

Hallo Fans
Hoe zou het gaan in Kroelonia?
Zou die draak er nog zitten? 
Kan iemand hem weer wegjagen?
We zullen zien...

De wolkendraak

De wolkendraak heeft het roepen ook gehoord.
Want draken hebben goede oren. Ze kunnen zelfs een muis horen lopen.
Hij slaat zijn vleugels uit en vliegt naar het grote wolkenpad.
Oran

Mo staat met zijn voorpootjes in zijn zij naar Oran en Elsje te kijken.
 Hij wil gaan mopperen op Elsje.
Maar ineens horen ze een enorme klap.
Verschrikt kijken ze alle drie naar het Hemelse plein.
Het Luchtkasteel, de grote regenton, ligt helemaal in duigen.
Boven het plein zweeft de wolkendraak. Kwaadaardig lacht het beest.
Mo
Hij schiet nog een bliksemflits naar het kasteel.
Dan kijkt hij naar Mo, Elsje en Oran. Langzaam vliegt hij naar het wolkenpad.

Mo trekt Oran en Elsje uit de drijfwolken.
"Vooruit rennen", roept hij. "Naar de wolkenfabriek". Ze rennen zo hard ze kunnen.
Weer een enorme klap. De wolkenhangbrug aan het begin van het pad, is er niet meer... Ze horen de draak lachen.
Vlug schieten ze de fabriek in. De draak heeft het gelukkig niet gezien.
Alle drie houden ze hun adem in, als het beest over de fabriek vliegt.
"Wat nu? ", fluistert Oran tegen Mo.
Mo haalt zijn schouders op. Hij weet het ook niet meer.

"Ik denk dat we hier wel veilig zijn", fluistert Mo. "Afwachten maar".
Dan gebeurt het. Gedonder en geraas, aan een stuk door. Het lijkt wel of de fabriek instort. En dat is ook zo.
De draak is terug. Hij schiet bliksemflitsen af.
Als er bijna niets meer over is van de fabriek gaat de draak landen. Langzaam loopt het duivelse dier rond de puinhoop. 
Mo heeft hem gezien.
"Vlug", fluistert Mo. "Hij loopt aan de andere kant van het plein. Nu kunnen we er vandoor. Elsje...weet jij nog waar de grot van de slaapheks is? "
Elsje knikt bang van ja.
"Hier vlakbij", fluistert ze.
"Dan gaan we daar naartoe', zegt Mo."Vooruit rennen...nu".

De draak snapt er niets van. Waar zouden die wezentjes nu toch zijn? Hij kan ze weer niet zien of
ruiken.
Mo, Oran en Elsje duiken de grot van de slaapheks in.
"Hier kan ie ons mooi niet vinden", zegt Oran.
Elsje zit met grote schrikogen en een pruillip voor zich uit te kijken.
"Allemaal mijn schuld", fluistert ze."Allemaal mijn schuld...".
Zachtjes begint ze te huilen. Mo kijkt met een ruk om naar Elsje.
"Niet doen Els...niet huilen. Straks hoort de draak het nog".
"Ik kan het niet helpen", piept Elsje. Ze begint harder te huilen.
De draak heeft het ook gehoord.
"Aha", brult het dier. "Nu heb ik jullie...". 
Hij begint gemeen te lachen en laat een bliksemflits los. Recht de grot in.
Nu begint Elsje zelfs te gillen.

POEF, PLOF, DREUN en PLONS.
Rondom de draak verschijnen allemaal mannen en vrouwen in zwarte jurken met sterren erop.
Rond zijn kop verschijnen allemaal heksen die op bezemstelen vliegen.
Verbaasd kijkt de draak in het rond. Wie zijn deze wezens? denkt hij.
Vlak voor de draak staat Armand de grote tovenaar van de planeet Truuk.
Hij steekt zijn rechterhand omhoog. In zijn hand heeft hij een toverstaf. Ineens schiet er groen vuur op de draak af.
"Auw...", gilt de draak. "Wat krijgen we nu? "
Alle mannen en vrouwen, in de zwarte jurken, beginnen groen vuur te schieten.
Boven het hoofd van de draak beginnen de heksen rondjes te vliegen. Steeds sneller rond de kop van het dier.
De draak wordt er helemaal duizelig van.

Iedere keer als het groene vuur de wolkendraak raakt...wordt hij een beetje kleiner.
Na heel veel schieten en groen vuur is er nog maar een heel klein draakje over.
Armand gaat naar het beestje toe. Hij kijkt heel streng. Het draakje kijkt woest terug.
Dan schiet Armand nog één keer groen vuur...en het beestje is verdwenen.
Elsje, Mo en Oran zijn uit de grot gekropen.
Huilend rent Elsje naar haar vader. Armand tilt haar op.
"Allemaal mijn schuld. Ik zal het nooit meer doen", piept Elsje.
Vader Armand kijkt Elsje aan en zegt: "Het is al goed, stil maar".
De kleine heks snikt nog een beetje na.
"Armand , hoe kan jij weten waar Elsje hier op Kroelonia is? "vraagt Mo
'Via onze toverkracht hebben we Elsje horen huilen. Toen hebben wij ons als de wiedeweerga naar hier getoverd. Zo te zien net op tijd", lacht Armand.
"Ja, net op tijd", zucht Oran.
Even later gaan Armand en de andere tovenaars en heksen weer terug naar de planeet Truuk. Een voor een verdwijnen ze weer.
Vlak voordat Armand en Elsje terugploffen, zwaait Elsje nog even naar Mo en Oran.
De twee Kroelioos zwaaien terug.

Met tranen in hun ogen staan Mo en Oran rond te kijken. Er is bijna niets meer over van het grote wolkenrijk Kroelonia.
"Wat moeten we doen Mo? ", jammert Oran. "Deze keer is het wel een hele grote puinhoop geworden". Mo weet het ook niet meer.
Dan horen ze iemand lachen. De twee Kroelioos kijken elkaar verschrikt aan.
De wolkenfabriek bouwt zichzelf weer op. De wolkenhangbrug is er ineens weer. Het luchtkasteel verschijnt op het Hemelse plein.
In een mum van tijd is alles er weer. Het lijkt wel of alles nieuw is.
De Kroelioos kunnen weer lachen.
Mo kijkt omhoog naar de blauwe lucht. 
"Bedankt Armand", mompelt hij. "Bedankt".

Op de stapelwolkenvlakte.
"En zo komt er een einde aan dit avontuur. Ik en Mo hebben de Kroeliowereld weer eens gered", knipoogt Oran naar de Tippi's.


Als dat niet  spannend is...dan weet ik het niet meer.
Gelukkig ging het weer net goed..op het nippertje.
Even rustig nu Kroelioos ...even pauze.

Tot de volgende keer maar weer...



Joepdoei en de mazzel

DJEK    
 






donderdag 5 mei 2016

De Wolkendraak

Hallo fans
Om maar met de deur in huis te vallen, er komen mysterieuze berichten uit Kroelonia
Wat zou er aan de heand zijn in het grote wolkenrijk?  
Laten we maar vlug gaan kijken...

De Wolkendraak

Een avontuur van de Kroelioos

Hoog heel hoog, tegen het oneindige aan, drijft het wolkenrijk Kroelonia.
Hier wonen de Kroelioos.
Kroelioos zijn kleine beestjes met prachtige flapoortjes en een grappige mopsneus.
Ze lijken een beetje op jonge hondjes. Puppy's.

Als je denkt dat Kroelioos bestaan,
Kun je in je dromen naar Kroelonia gaan.
Mo

Mo de Kroelio zit in het lanterfantenbos tegen een wolkenboom.
Af en toe kijkt hij naar de blauwe lucht.
Het lijkt erop of Mo ergens op zit te wachten.
Het is nog vroeg in de morgen. De zon schijnt.
Bovenin de blauwe lucht verschijnt een heel klein lichtje.
Het lichtje wordt groter en groter...plof.

Ineens staat daar een meisje met kort zwart haar en een wipneusje.
Ze heeft een blauw jurkje aan. Op dit jurkje staan grote zilveren en gele sterren. Het meisje heeft roze gympen aan. 
In de ene gymp zitten groene veters en in de andere gele veters.

Ze staat een beetje rond te kijken. Dan ziet ze Mo.
"Hee, Mo zit je lekker? "roept ze.
"Heerlijk", antwoordt Mo.
Hij staat op en loopt naar het meisje toe.
"Dag Elsje, leuk dat je weer eens komt spelen".
Mo geeft Elsje een knuffel.

Samen lopen ze naar het pleintje voor de wolkenfabriek.

















"Je vader heeft mij een berichtje gestuurd dat je vandaag langs zou komen. Armand de grote tovenaar van de planeet Truuk heeft je naar het lanterfantenbos gestuurd" ,vertelt Mo.
"Daarom wist ik waar je zou verschijnen".
"Handig", knikt Elsje.
"Mo, er is een Kroelio die ik niet ken. Ik heb hem zelfs nog nooit gezien",zegt het meisje.
Mo blijft stilstaan. "Welke Kroelio is dat dan? "
"Oran, de oranje Kroelio", antwoordt Elsje.
Oran 
"Waarom wil je met Oran praten? "vraagt Mo.
"Hij schijnt veel te weten", zegt Elsje.
"Nou, hij denkt veel te weten", lacht Mo.
"Even nadenken. Volgens mij is Oran in het Woeste Westen Wolkenland. Op bezoek bij de Tippie-tippie stam, vlakbij de stapelwolkenvlakte.
"Bedankt Mo".
En...Poef...weg is Elsje.
Verbaast kijkt Mo om zich heen.
"Heeft die kleine heks toch haar toverstafje meegenomen.
Dat is niet de afspraak", moppert de gele Kroelio.
"Ik zal maar gauw naar het Woeste Westen Wolkenland gaan voordat er ongelukken gebeuren.
Mo de Kroelio gaat op weg.

Op de Stapelwolkenvlakte staan de wolkenhuisjes van de Tippi-Tippi stam.
De Tippi's, de kleine gestreepte Kroelioos, zitten voor hun huisjes ademloos naar Oran te luisteren.
Een van de Tippi's

 "En zo hebben, ik en Mo, het wolkenrijk voor de zoveelste keer gered", besluit Oran zijn verhaal.
De Tippi's klappen in hun voorpootjes. Oran is een held, dat weten ze zeker.
Opeens begint het wolkenzand te draaien en te stuiven.
Langzaam verschijnt er een klein meisje. 
"Hallo allemaal", zegt het meisje.
De Tippi's maken dat ze wegkomen. Zo geschrokken zijn ze.
Oran staat te bibberen op zijn pootjes. Hij weet even niets te zeggen.
Dat komt niet vaak voor, want normaal kletst Oran je de oren van het hoofd.
"Wie...wie...ben jij ?"stottert Oran.
Het meisje zegt: "Ik ben Elsje, van de planeet Truuk".
"Nu weet ik het weer", roept Oran. "Jij bent de slaapheks". 
Elsje haalt haar schouders op.
"Leuk je gezien te hebben, doei". Oran loopt weg.
"Wacht even. Ik wil je iets vragen". Elsje rent achter hem aan.

De Tippi's zijn achter hun huisjes vandaan gekomen en kijken naar Elsje en Oran.
Ze durven niet dichtbij te komen. 
"Ik heb gehoord...", begint Elsje. "Dat jij heel slim bent...en dat je erg veel weet".
Oran kijkt naar Elsje. "Ja dat klopt". 
"Weet jij of er een stil plekje op Kroelonia is?" vraagt Elsje.
De Oranje Kroelio kijkt haar vragend aan.
"Euuu...ik moet nog wat huiswerk maken", gaat Elsje verder.
"Maar op de planeet Truuk is het zo'n herrie. De grote tovenaars zijn allemaal aan het oefenen voor de toverwedstrijd. Ze hebben nog maar een paar dagen".
Oran zegt niets.
"Toe, asjeblieft?", smeekt Elsje.
Pivo
"Daar", wijst Pivo, een van de Tippi-Tippi's.
"Daar, in de woestenij bij de heuvels van Oen is het stil. Dat is wat jullie zoeken". 
"Dank je wel" ,zegt Elsje. Ze draait zich met een ruk om. 
Ze wil naar de heuvels van Oen gaan lopen. Ze kijkt om naar Oran.
"Kijken wie er het eerst is?". Dan rent ze weg.
Oran laat zich niet kennen en holt achter haar aan.
De Tippi's krabben zich achter hun oren. 
Ze snappen er niets van.

Niet veel later staan Elsje en Oran te hijgen vlakbij de heuvels van Oen.
"Poeh hé, dat was snel. Maar ik ben sneller", puft Oran.
"Mooi niet meneer Oran", hijgt Elsje.
Oran is omgevallen. Hij ligt op zijn rug in het zand van de Woestenij.
Zo heet de woestijn voor de heuvels van Oen.
Elsje gaat ook op de grond zitten.
"Wij waren even snel, zullen we maar zeggen".

Oran is het daar wel mee eens.

"Wat voor huiswerk moet jij maken?", vraagt Oran.
"Ik moet de spreuk voor kleine verschijningen nog oefenen", zegt Elsje.
Op haar jurk zitten verschillende zakken.
Uit een van die zakken haalt ze een rood met witte zuurstok tevoorschijn.
"Oho", roept Oran. "Je toverstok...die mag jij helemaal niet meenemen van Mo".
Elsje haalt haar schouders op.
"Mo zal wel onderweg zijn naar hier denk ik', zegt de kleine heks.
"Ik zal maar gauw gaan beginnen met oefenen. Weet jij hoe een hagedis eruit ziet? " vraagt ze aan Oran.
De Oranje Kroelio knikt van ja.
"Daar gaan we dan", roept Elsje. "AMALGAAN...DIS". 
Het wolkenzand begint te kolken en te stuiven. Het begint te waaien,
Even later is alles weer rustig. Op het zand staat een piepklein diertje.
"Is dat een hagedis?', vraagt Elsje. 
"Zou best eens kunnen", antwoordt Oran.
"Maak hem eens iets groter, dan kan ik het beter zien". 
Hier moet Elsje even over nadenken. Ze had meester Kobold wel eens de 'vergrotingsspreuk' horen zeggen. Maar hoe ging die ook alweer.
Elsje richt haar toverstok op het diertje. 
"FORTISSIMO FORTO". Of was het forta. Ze weet het niet zeker.
Poef...het beestje is nu iets groter.
Oran kijkt eens goed. "Ja, het lijkt wel op een hagedis, maar toch anders".

Ineens poef.. Poef...POEF...POEF.
Het beestje is nu drie keer zo groot.
"Dit...dit is wel groot genoeg", stamelt Oran.
Elsje loopt naar de hagedis.
"Ik tover hem wel weer weg".
Ze steekt haar toverstok uit en roept:
"DISAPPERTO...PROTO".

POEF

Ineens zit daar een enorme hagedis.
"Elsje, dat is geen hagedis...dat is een draak... rennen", schreeuwt Oran.
De twee maken dat ze wegkomen.
De wolkendraak kijkt ze na. Opeens slaat hij zijn vleugels uit en stijgt op.
Hij zweeft achter Elsje en Oran aan, naar het dorpje  van de Tippi-Tippi stam.

Elsje en Oran rennen het dorpje in.
Een heldere flits en een donderend geluid.
Als ze opzij kijken zien ze dat een van de Tippi-huisjes is ingestort.
Getroffen door de bliksem.
De draak zweeft nu boven het dorp. Hij schiet nog meer bliksemflitsen af.
Er blijft van het dorpje niet veel meer over.
De Tippi-Tippi stam is naar de heuvels ven Oen gevlucht.

Opeens blijft Elsje staan.
"Oran...pak mijn hand vast", roept ze.
In haar andere hand heeft ze haar toverstaf.
Elsje mompelt een toverspreuk.
Ineens zijn Oran en Elsje verdwenen.
De draak, boven in de lucht, snapt er niets van.
Hij kan die twee niet meer zien. Hij snuift een keer met zijn neus.
Hij ruikt niets. Hij kan Elsje en Oran ook niet meer horen.
Langzaam zweeft de draak boven het verwoeste dorp.

Kapof

Elsje en Oran verschijnen vlak langs het grote wolkenpad.
"Euhh...Els...we staan in de drijfwolken", zegt Oran.
"Oeps...verkeerd gemikt. Maar ik moest ook zo snel toveren", antwoordt Elsje.
Langs het wolkenpad liggen de drijfwolken. Als je hierin terecht komt...dan zitten je voeten vast.
"Wat nu...we zitten muurvast. Nu moeten we wachten tot iemand ons los komt maken", mompelt Oran.
Als de draak maar niet hierheen komt, denkt Elsje.
Een eindje verder loopt Mo de Kroelio over de wolkenhangbrug naar het Hemelse plein.
Oran heeft hem gezien.
"Daar loopt Mo", wijst hij. Oran en Elsje beginnen hard te roepen.
Mo heeft het gehoord en draait om.
Hij loopt terug om het tweetal los te trekken.

De wolkendraak heeft het roepen ook gehoord...


Nou zeg. Ik durf even niet meer verder te lezen. Beetje eng...
(Binnenkort deel 2)

Joepdoei en de mazzel

          

DJEK